Mondelinge opdracht aan assurantietussenpersoon schriftelijk bevestigen? Moeten verzekeringnemers ontvangen polissen controleren?

Assurantietussenpersonen doen er verstandig aan belangrijke opdrachten altijd schriftelijk te bevestigen. Verzekeringnemers moeten ontvangen polissen altijd op juistheid controleren. Dat bevestigde de Rechtbank Amsterdam in een recente uitspraak (Rechtbank Amsterdam, 4 november 2015, ECLI:NL:RBAMS:2015:7153).

Deze Rechtbank moest zich buigen over de vraag of de assurantietussenpersoon bij de uitvoering van een haar mondeling gegeven opdracht de op haar rustende zorgplicht had geschonden door de verzekeraar als volgt te berichten:

“De heer [eiser] heeft vandaag de auto met kenteken [kenteken] verkocht. Een kopie van de vrijwaring heb ik ontvangen. Echter kan ik via Cockpit de verzekering niet beëindigen. Het polisnummer is mij ook niet geheel duidelijk, excuus.
Het betreft de heer [eiser] en meneer woont op de [adres 1] . Kunt u de verzekering per vandaag royeren?”

Vervolgens is de polis per 1 februari 2010 geroyeerd en het desbetreffende voertuig op 21 augustus 2010 betrokken geraakt bij een verkeersongeval. Vervolgens verhaalde het Waarborgfonds de door dit fonds vergoede schade bij de kentekenhoudster van de auto, echtgenote van de eiser. Eiser stelde de assurantietussenpersoon opdracht te hebben gegeven tot het overzetten van de polis op naam van zijn echtgenote, maar geen opdracht te hebben gegeven tot het beëindigen van de polis. Omdat de assurantietussenpersoon de mondelinge opdracht niet kon bewijzen overwoog de Rechtbank als volgt:

“4.5.
In een geval als het onderhavige, waarin sprake is van een mondelinge opdracht, brengt de zorgplicht van een assurantietussenpersoon naar het oordeel van de rechtbank mee, dat de assurantietussenpersoon de opdracht zodanig vastlegt dat daaruit ondubbelzinnig de betreffende wens van de verzekeringnemer kan worden afgeleid. Verder brengt de zorgplicht met zich dat de assurantietussenpersoon de opdracht aan de verzekeringnemer bevestigt. Van de verzekeringnemer mag worden verwacht dat hij de schriftelijke bevestiging van de opdracht en de polis controleert en terstond reclameert indien de opdracht niet overeenkomstig zijn wens is uitgevoerd.”

Conclusie: een logische uitspraak over de zorgplicht van een assurantietussenpersoon. En passant wordt wel de verplichting van de verzekeringnemer nog eens bevestigd dat die vervolgens de schriftelijke bevestiging van de opdracht alsmede de polis moet controleren en terstond moet reclameren indien de opdracht niet overeenkomstig zijn wens is uitgevoerd. Dit is vaste jurisprudentie. Vgl. o.a. Hof Den Haag, 7 oktober 2014, ECLI:NL:GHDHA:2014:3108, rov. 3.7.